Voorwoord

Dit is het eerste Jaarverslag van de Dopingautoriteit. Tot en met 2018 werden de taken van de Nationale Anti-Doping Organisatie van ons land verzorgd door de stichting Anti-Doping Autoriteit Nederland (stichting ADAN), maar deze functies zijn vanaf 2019 overgenomen door het zelfstandig bestuursorgaan (zbo) Dopingautoriteit.

De overdracht van taken en middelen door de stichting ADAN aan het zbo Dopingautoriteit vond plaats op 1 januari 2019, maar is in de loop van 2018 voorbereid. Veel werk is verzet door een externe projectleider die een groot deel van het jaar voor dit project kon worden ingezet. Het transitieproces werd begeleid door een Stuurgroep waarin het ministerie van VWS, het bestuur van de stichting ADAN en de (toen nog beoogd) voorzitter van het zbo vertegenwoordigd waren. De Stuurgroep werd voorgezeten door de Plaatsvervangend Secretaris—Generaal van VWS, die vanaf 2019 als eigenaar van het zbo fungeert. Dankzij al dit voorwerk kon de feitelijke transitie bij de jaarwisseling soepel worden gerealiseerd. De overdracht van personeel, eigendommen, gegevensbestanden en rechten vond plaats zoals geregeld in een transitieovereenkomst tussen de stichting ADAN en het zbo Dopingautoriteit.

Dankzij deze soepele overdracht kon de Dopingautoriteit vanaf de eerste dag de uitvoering van het antidopingbeleid voortzetten langs de lijnen die in de voorgaande jaren al door de stichting ADAN waren uitgezet. Anders dan de stichting ADAN heeft de Dopingautoriteit echter wettelijke taken, verankerd in de Wet uitvoering antidopingbeleid (Wuab).

In hoofdstuk 1. doen wij verslag van de manier waarop invulling is gegeven aan de taak: ‘het geven van voorlichting over doping’ (Wuab art. 5 lid d). In hoofdstukken 2., 4. en 8. vindt u informatie over de uitvoering van verschillende aspecten van de taak ‘het uitvoeren van het dopingcontroleproces’ (Wuab art 5 lid b). En in hoofdstuk 3. is de informatie verzameld over de uitvoering van de taak ‘het verzamelen en onderzoeken van informatie over mogelijke overtredingen van een dopingreglement’ (Wuab art. 5 lid c). De overige hoofdtukken bevatten informatie over de uitvoering van verschillende ondersteunende taken en processen, die nodig zijn om de wettelijke taken op correcte wijze te kunnen uitvoeren.

De transitie naar de zbo-status heeft de inhoud van het antidopingbeleid niet wezenlijk veranderd, maar de status van de organisatie heeft wel geleid tamelijk ingrijpende veranderingen in onze relatie met de overheid, en dan in het bijzonder met het ministerie van VWS. Ondanks de grondige voorbereiding van de transitie werd de Dopingautoriteit in de loop van 2019 regelmatig geconfronteerd met niet of tot op dat moment onbekende procedures en normen waaraan de Dopingautoriteit moest voldoen. Een en ander leidde tot intensivering van de relatie met het ministerie. Tegelijkertijd werd de relatie met ‘de sport’, en in het bijzonder met sportkoepel NOC*NSF, gecontinueerd en gekoesterd.

De Dopingautoriteit valt als zbo ook onder de werking van de Wet openbaarheid bestuur (Wob), en in 2019 behandelde de Dopingautoriteit vijf Wob-verzoeken, waarvan één ook na bezwaar. De Dopingautoriteit valt tevens onder de werking van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), en in 2019 nam de voorzitter van de Dopingautoriteit vier maal een besluit op bezwaar. Alle verzoeken en bezwaren werden (geanonimiseerd) gepubliceerd op de corporate website van de Dopingautoriteit.