De controlepraktijk

Algemeen

In 2013 is verder invulling gegeven aan het antidopingbeleid van NOC*NSF zoals dat in 2007 in nauwe samenwerking met de Dopingautoriteit tot stand werd gebracht. Bij de dopingcontroles ligt het accent op de absolute top van de Nederlandse sport. 2013 was een pre-Olympisch jaar, om welke reden intensivering heeft plaatsgevonden onder die sporten/sporters die in februari 2014 deel nemen aan de Olympische en Paralympische Spelen in Sotchi.
Daarnaast heeft de Dopingautoriteit gerichte controles in kunnen zetten op specifieke individuen en/of groepen, en incidentele dopingcontroles op competitieniveau direct onder de absolute top. Het aantal vervolgonderzoeken en specifieke, aanvullende analyses nam wederom verder toe.
Veel aandacht is eveneens besteed aan de zogeheten “whereabouts”. Een deel van de topsporters dient, indien zij behoren tot de Nationale of Internationale Testing Pool, een deel van de dagelijkse activiteiten kenbaar te maken aan de Dopingautoriteit of de Internationale Federatie. De gebruiksvriendelijkheid voor het opgeven van whereabouts door sporters nam verder toe door de ontwikkeling van de Whereabouts app, een belangrijke technische innovatie. Deze Nederlandse aanpak is de opmaat geweest naar mondiale standaardisatie en is de basis voor de door WADA wereldwijd gelanceerde ADAMS App. De innovatieve Nederlandse ontwikkeling zal zo uiteindelijk meer dan 25.000 topsporters wereldwijd bereiken.

Nationale Testing Pool (NTP)

Voortvloeiend uit de uitwerking van de World Anti-Doping Code (WADC) 2009 en de daarmee verbonden Internationale Standaarden heeft de Dopingautoriteit sinds 2009 een Nationale Testing Pool (NTP) ingericht. Sporters die zijn opgenomen in de Nationale Testing Pool dienen aan een aantal verplichtingen te voldoen. Zo dienen zij voor het gebruik van eventuele medicijnen vooraf een dispensatie bij de Geneesmiddelen Dispensatiecommissie Sporter Commissie (GDS-commissie) aan te vragen. Tevens dienen zij het hele jaar door hun whereabouts informatie op te geven evenals een door de Dopingautoriteit georganiseerde voorlichting bij te wonen.
In 2013 waren er 12 sportbonden met sporters in de NTP. Dit is een verdere daling ten opzichte van 2012: toen was dit aantal 14. Het aantal sporters is ten opzichte van 2012 eveneens iets gedaald: 394 sporters in 2013 bij aanvang van het jaar, versus 430 sporters in 2012.
Ook in 2013 dienden sporters slechts bij één instantie whereabouts op te geven, hetzij bij de internationale federatie dan wel de Dopingautoriteit. De Dopingautoriteit heeft van WADA leesbevoegdheden met betrekking tot whereabouts-informatie van Nederlandse sporters in het mondiale whereabouts-systeem ADAMS gekregen. Hierdoor is het mogelijk dat de Dopingautoriteit in ADAMS ingevoerde whereabouts-informatie van Nederlandse sporters in kan zien waardoor de actualiteit van de voor de Dopingautoriteit beschikbare informatie beter gewaarborgd is.
De Dopingautoriteit heeft in 2013 - evenals voorgaande jaren – ook veelvuldig gebruik gemaakt van de informatie afkomstig van externe bronnen, zoals onder meer websites van nationale en internationale federaties, Twitter en Facebook. De door de Dopingautoriteit ontwikkelde whereabouts-website (en bijbehorende whereabouts App voor op smartphones) verschafte zowel algemene als meer gedetailleerde informatie over sporters, teams en trainingslocaties.

Uitgevoerde controles - algemeen

De Dopingautoriteit voerde in 2013 voor de Nederlandse sport twee soorten dopingcontroles uit, namelijk: dopingcontroles in het kader van het nationaal programma en daarnaast dopingcontroles in opdracht en voor rekening van derden, waaronder nationale en internationale federaties, evenementorganisatoren en buitenlandse Nationale Anti-Doping Organisaties. Ook dopingcontroles na het behalen van officiële records, targetcontroles bij specifieke verdenkingen, en verschillende soorten vervolgonderzoeken vielen onder de verantwoordelijkheid van de Dopingautoriteit. Niet alleen Nederlandse sporters werden in Nederland gecontroleerd, maar, eventueel in opdracht van andere NADO’s, ook niet-Nederlandse sporters.

Het nationaal programma – de principes

Evenals voorgaande jaren hebben VWS en NOC*NSF voor 2013 een geldbedrag beschikbaar gesteld waaruit de kosten van de uitvoering van het nationaal controleprogramma ten behoeve van de Nederlandse sportbonden voldaan kunnen worden. Ten gevolge van stijgende kosten van de uitvoering van dopingcontroles neemt het aantal dopingcontroles sinds een aantal jaren af. Het beschikbare budget maakte in 2013 een nationaal programma van circa 1.800 urinecontroles mogelijk. In lijn met het NOC*NSF-beleid waren hiervan ca. 500 controles gereserveerd voor onder meer de uitvoering van zogenaamde targetcontroles, noodzakelijk vervolgonderzoek en voor dopingcontroles na het behalen van records en officiële limieten. Op basis van het met NOC*NSF geformuleerde antidopingbeleid heeft de Dopingautoriteit de overige 1.300 urinecontroles verdeeld over de sportbonden. Aan deze verdeling ligt een mathematisch verdeelmodel ten grondslag waarin onder meer internationale en nationale dopingincidentie-statistieken zijn meegenomen.

Het nationaal programma – de uitvoering

In 2013 zijn in totaal 1.910 dopingcontroles als onderdeel van het nationaal controle programma uitgevoerd. In veruit de meeste gevallen (1.849 maal) betrof het een urinecontrole. In 2013 zijn daarnaast ook 61 bloedcontroles uitgevoerd, onder meer in het kader van een in 2013 opgezet “Atleet Biologisch Paspoort” project (zie ook de betreffende paragraaf verderop in dit verslag).
De 1.910 dopingcontroles in het kader van het nationaal controleprogramma vonden plaats bij 30 Olympische sportbonden en 15 niet-Olympische sportbonden, in de verhouding 89:11. Bij een aantal niet dopinggevoelige sporten zijn geen dopingcontroles uitgevoerd. Voorbeelden hiervan zijn de denksporten.

Top 5 aantal dopingcontroles Nationaal controleprogramma

  1. Wielrennen
  2. Atletiek
  3. Zwemmen
  4. Schaatsen
  5. Roeien

Het percentage dopingcontroles (bloed en urine) buiten wedstrijdverband in het kader van het nationaal programma was 47%. Ten opzichte van 2012 is het percentage dopingcontroles buiten wedstrijdverband gestegen (in 2012 was dit 42%).
Van het totaal van 1.910 dopingcontroles (bloed en urine) voor de sport in Nederland werden er 1.255 bij mannen uitgevoerd (66%) en 655 bij vrouwen (34%).

Dopingcontroles, uitgevoerd voor derden

De Koninklijke Nederlandse Voetbalbond (KNVB) en de Koninklijke Nederlandse Lawn Tennis Bond (KNLTB) hebben buiten het nationale programma een additioneel dopingcontroleprogramma gefinancierd ten behoeve van de Nederlandse competitie. Verschillende Nederlandse bonden hebben additionele dopingcontroles ingekocht bij de Dopingautoriteit ten behoeve van internationale evenementen in Nederland. Op basis van opdrachten van derden zijn in totaal 580 dopingcontroles uitgevoerd. Een daling van 21% ten opzichte van 2012, dat een Olympisch jaar was.
De extra dopingcontroles waartoe Nederlandse en buitenlandse bonden en organisatoren opdracht gaven, waren voor het merendeel dopingcontroles binnen wedstrijdverband (97%). Bij deze dopingcontroles werden 371 mannen en 209 vrouwen gecontroleerd.

Dopingcontroles - totaal

De dopingcontroles, uitgevoerd als onderdeel van het Nationaal controleprogramma en de dopingcontroles die in opdracht van derden werden uitgevoerd, vormen samen het totale dopingcontroleprogramma zoals uitgevoerd in 2013. In totaal zijn 2.490 dopingcontroles uitgevoerd.

Tabel 1 Aantal dopingcontroles in 2012 and 2013.
Aantal dopingcontroles 2013 2012
Nationaal programma 1.910 1.810
In opdracht van derden 580 734
Totaal 2.490 2.544
Dopingcontroles uitgevoerd door de Dopingautoriteit    
Urinecontroles uitgevoerd voor de Nederlandse sport (Nationaal Programma)   1.849
Bloedcontroles uitgevoerd voor de Nederlandse sport (Nationaal Programma)   61
Urinecontroles uitgevoerd voor buitenlandse sportorganisaties en overige   572
Bloedcontroles uitgevoerd voor buitenlandse sportorganisaties en overige   8
Totaal uitgevoerd door de Dopingautoriteit   2.490

Top 5 totaal aantal dopingcontroles

  1. Wielrennen
  2. Atletiek
  3. Schaatsen
  4. Zwemmen
  5. Voetbal

Het totale aantal van 2.490 dopingcontroles voor de Nederlandse sport en sportorganisaties is een daling van circa 2% ten opzichte van 2012 (2.544 dopingcontroles).

Tabel 2 Overzicht van het aantal uitgevoerde dopingcontroles in 2013
Sport Nationaal ProgrammaUitgevoerd voor derdenTotaal uitgevoerd
UrineBloedTotaalUrineBloedTotaalUrineBloedTotaal
Atletiek 173 14 187 58 6 64 231 20 251
Autosport 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Badminton 6 0 6 4 0 4 10 0 10
Basketbal 32 0 32 4 0 4 36 0 36
Biljart 14 0 14 0 0 0 14 0 14
Bobsleeen 28 0 28 0 0 0 28 0 28
Boksen 12 0 12 20 0 20 32 0 32
Bowling 8 0 8 0 0 0 8 0 8
Bridge 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Cricket 12 0 12 0 0 0 12 0 12
Curling 9 0 9 0 0 0 9 0 9
Dammen 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Dansen 12 0 12 0 0 0 12 0 12
Darts 6 0 6 0 0 0 6 0 6
Floorball en unihockey 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Gehandicaptensport 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Go 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Golf 14 0 14 0 0 0 14 0 14
Gymnastiek 44 0 44 5 0 5 49 0 49
Handbal 28 0 28 4 0 4 32 0 32
Handboogschieten 14 0 14 0 0 0 14 0 14
Hippische sport 13 0 13 0 0 0 13 0 13
Hockey 31 0 31 21 0 21 52 0 52
Honk- en softbal 40 0 40 0 0 0 40 0 40
IJshockey 16 0 16 0 0 0 16 0 16
In- en outdoor bowls 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Jeu de Boules 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Judo 73 2 75 4 0 4 77 2 79
Karate-do 13 0 13 0 0 0 13 0 13
Klim- en bergsport 12 0 12 2 0 2 14 0 14
Korfbal 20 0 20 0 0 0 20 0 20
Krachtsport 77 0 77 0 0 0 77 0 77
Luchtsport 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Motorsport 29 0 29 0 0 0 29 0 29
Onderwatersport 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Oosterse gevechtskunsten 5 0 5 0 0 0 5 0 5
Redden van drenkelingen 6 0 6 7 0 7 13 0 13
Roeien 116 0 116 3 1 4 119 1 120
Rollersports 4 0 4 0 0 0 4 0 4
Rugby 40 0 40 4 0 4 44 0 44
Schaatsen 161 6 167 58 0 58 219 6 225
Schaken 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Schermen 8 0 8 2 0 2 10 0 10
Schieten 15 0 15 0 0 0 15 0 15
Skien 27 0 27 4 0 4 31 0 31
Squash 16 0 16 5 0 5 21 0 21
Taekwondo 14 0 14 0 0 0 14 0 14
Tafeltennis 8 0 8 0 0 0 8 0 8
Tennis 14 0 14 6 0 6 20 0 20
Triathlon 42 6 48 12 1 13 54 7 61
Voetbal 108 0 108 94 0 94 202 0 202
Volleybal 24 0 24 4 0 4 28 0 28
Waterskien 18 0 18 0 0 0 18 0 18
Watersport 20 0 20 0 0 0 20 0 20
Wielrennen 292 30 322 211 0 211 503 30 533
Zwemmen 175 3 178 40 0 40 215 3 218
Totaal 1849 61 1910 572 8 580 2421 69 2490
Tabel 3 Aantal in- en out-of-competition dopingcontroles uitgevoerd in 2013
Sport In competitionOut of competition
UrineBloedTotaalUrineBloedTotaal
Atletiek 124 1 125 107 19 126
Autosport 0 0 0 0 0 0
Badminton 10 0 10 0 0 0
Basketbal 36 0 36 0 0 0
Biljart 14 0 14 0 0 0
Bobsleeen 0 0 0 28 0 28
Boksen 30 0 30 2 0 2
Bowling 8 0 8 0 0 0
Bridge 0 0 0 0 0 0
Cricket 12 0 12 0 0 0
Curling 0 0 0 9 0 9
Dammen 0 0 0 0 0 0
Dansen 12 0 12 0 0 0
Darts 6 0 6 0 0 0
Floorball en unihockey 0 0 0 0 0 0
Gehandicaptensport 0 0 0 0 0 0
Go 0 0 0 0 0 0
Golf 12 0 12 2 0 2
Gymnastiek 16 0 16 33 0 33
Handbal 32 0 32 0 0 0
Handboogschieten 14 0 14 0 0 0
Hippische sport 12 0 12 1 0 1
Hockey 52 0 52 0 0 0
Honk- en softbal 32 0 32 8 0 8
IJshockey 16 0 16 0 0 0
In- en outdoor bowls 0 0 0 0 0 0
Jeu de Boules 0 0 0 0 0 0
Judo 34 0 34 43 2 45
Karate-do 6 0 6 7 0 7
Klim- en bergsport 14 0 14 0 0 0
Korfbal 20 0 20 0 0 0
Krachtsport 59 0 59 18 0 18
Luchtsport 0 0 0 0 0 0
Motorsport 22 0 22 7 0 7
Onderwatersport 0 0 0 0 0 0
Oosterse gevechtskunsten 0 0 0 5 0 5
Redden van drenkelingen 11 0 11 2 0 2
Roeien 42 0 42 77 1 78
Rollersports 0 0 0 4 0 4
Rugby 28 0 28 16 0 16
Schaatsen 153 0 153 66 6 72
Schaken 0 0 0 0 0 0
Schermen 10 0 10 0 0 0
Schieten 15 0 15 0 0 0
Skien 4 0 4 27 0 27
Squash 20 0 20 1 0 1
Taekwondo 14 0 14 0 0 0
Tafeltennis 8 0 8 0 0 0
Tennis 12 0 12 8 0 8
Triathlon 35 0 35 19 7 26
Voetbal 94 0 94 108 0 108
Volleybal 28 0 28 0 0 0
Waterskien 18 0 18 0 0 0
Watersport 12 0 12 8 0 8
Wielrennen 358 0 358 145 30 175
Zwemmen 115 0 115 100 3 103
Totaal 1570 1 1571 851 68 919

Dopingcontroles die geen doorgang konden vinden

In 2013 heeft in totaal in 89 gevallen een dopingcontrole geen doorgang kunnen vinden. In 87% van deze gevallen betrof het out-of-competition controles.
Het gaat hierbij in de meeste gevallen om:

  1. de keren dat vooraf opgegeven sport(st)ers/selecties afwezig zijn op evenementen, wedstrijden en centrale trainingen.
  2. de keren dat een DCO een (centrale) training of wedstrijd aandoet en deze training of wedstrijd bleek te zijn afgelast of verplaatst zonder dat de Dopingautoriteit hierover vooraf was geïnformeerd.
  3. de keren dat een Dopingcontroleofficial (DCO) een opgegeven adres aandoet en de sport(st)er gedurende de uitgezette controleperiode afwezig was, dan wel dat deze niet (meer) op het adres woont (bij dopingcontroles zonder whereabouts-informatie). Als een dopingcontrole geen doorgang kan vinden, wordt zo spoedig mogelijk daarna opnieuw een poging ondernomen de betreffende sporter te controleren.

Daarnaast zijn in 2013 in totaal 60 definitieve whereabouts-fouten geregistreerd, bestaande uit Filing failures (het niet voldoen aan het tijdig en correct opgeven van verblijfsgegevens) en Missed tests (niet aanwezig zijn van de sporter op de opgegeven locatie binnen het one hour time slot). Dit is 31% minder (in 2012 waren dit er 87). In 2013 zijn er geen sporters geweest waarbij een derde whereabouts-fout in een periode van 18 maanden is opgelegd.
De top van Filing failures werd gevormd door sporters van achtereenvolgens de Zwembond/Atletiekunie en de Roeibond/Schaatsbond. De top drie van Missed tests werd gevormd door sporters van respectievelijk de Wielren Unie, Zwembond en de Roeibond. De top drie van het totaal aantal whereabouts-fouten werd gevormd door de Zwembond, Roeibond en de Wielren Unie, waarbij opgemerkt dient te worden dat bonden met een groot aantal sporters in de Nationale Testing Pool ook een grotere kans hebben op sporters die niet aan de whereabouts-verplichtingen voldoen. In 2012 behoorden de KNBSB en de NBB (Basketball) bij de bonden met whereabouts-fouten. Sporters van deze bonden hadden in 2013 niet langer de verplichting tot het aanleveren van whereabouts.

EPO en aanverwanten

In 31% van de gevallen zijn de urinemonsters ook op EPO geanalyseerd. Dit is een verdubbeling ten opzichte van 2012 (15%). De EPO-analyses gebeurden in verschillende sporttakken waarbij de top gevormd werd door het schaatsen (in aanloop naar de Winterspelen begin 2014), het wielrennen en de atletiek. Eveneens als in 2012 werden verschillende monsters aanvullend op somatropine, hexareline en testosterongebruik geanalyseerd. Eveneens zijn er analyses op groeihormoon geïnitieerd maar ten gevolge van tijdelijke analytische beperkingen zijn deze monsters vooralsnog opgeslagen om in een later stadium alsnog geanalyseerd te worden.

Onaangekondigde dopingcontroles

Nagenoeg alle dopingcontroles waren onaangekondigd (‘no notice’). Een uitzondering wordt slechts gevormd door dopingcontroles naar aanleiding van een behaald record of een limiet, in welke gevallen de sporter of diens bond zelf het initiatief tot de controle moesten nemen.

Targetcontroles

De Dopingautoriteit heeft de bevoegdheid tot het uitvoeren van zogenaamde targetcontroles. Deze dopingcontroles worden in specifieke gevallen en op basis van vooraf vastgestelde criteria uitgevoerd. In eerdere jaren zijn deze criteria al geactualiseerd en verder verruimd waardoor de targetcontroles breder konden worden ingezet. Targetcontroles hebben sportbreed plaatsgevonden, met de nadruk op enkele specifieke sporten, waar bovendien incidenteel ook op het niveau onder de absolute top is gecontroleerd.

Atleet Biologisch Paspoort

In 2013 is de Dopingautoriteit op basis van een verstrekte projectsubsidie gestart met een project ter implementatie van het Atleet Biologisch Paspoort (ABP) binnen het dopingcontroleproces. Binnen het project zijn van 18 geselecteerde atleten in een periode van drie maanden meerdere bloedmonsters afgenomen, om zo een longitudinaal profiel op te kunnen stellen. In totaal zijn er binnen dit project 53 bloedmonsters verzameld. De bloedcontroles in het kader van het Atleet Biologisch Paspoort werden uitgevoerd in de sporten: atletiek, schaatsen, triatlon, wielrennen en zwemmen.

Mobiel dopingcontrolestation

In 2013 is het mobiel dopingcontrolestation veelvuldig gebruikt op locaties waar moeilijk een vast dopingcontrolestation is in te richten. Het mobiele station is onder meer ten behoeve van buitensporten als de motorsport, wielrennen, watersport, hippische sport, en triatlon ingezet. In totaal is het mobiele station bij tien verschillende sporten ingezet en is de vraag naar het mobiele station verder toegenomen.

De bevindingen

In 2013 zijn 90 dossiers met afwijkende (analytische en niet-analytische) bevindingen bij de Dopingautoriteit geregistreerd. In 89 gevallen werden er afwijkende A-delen van urinemonsters geconstateerd en eenmaal betrof het een niet analytische bevinding.
Het aantal afwijkende bevindingen (inclusief de niet analytische bevindingen) is met 90 dossiers op de 2.490 uitgevoerde dopingcontroles 3,6%. Het percentage is 0,4% hoger dan het percentage over 2012 (3,2%).

Tabel 4 Aantal bevindingen t.o.v. aantal dopingcontroles
2013 2.490 3,6%
2012 2.544 3,2%
2011 2.593 4,4%
2010 2.805 3,0%
2009 2.636 2,8%
2008 2.667 2,7%
2007 2.729 3,7%
2006 2.825 4,8%
2005 3.052 4,0%
2004 2.848 1,9%
2003 2.876 1,3%

Dossiers waarvoor specifiek vervolgonderzoek nodig was

Van de 89 dossiers met afwijkende A-delen van urinemonsters gaat het bij 64 dossiers om atypische bevindingen waarvoor specifiek vervolgonderzoek nodig is om vast te (kunnen) stellen of er sprake is van een mogelijke dopingovertreding. Het betreft hier 72% van de afwijkende A-delen.
48 maal betrof het zaken waarin (uitsluitend) een testosteron/epitestosteron ratio groter dan 4 werd geconstateerd. Additioneel ging het in 13 gevallen om een atypisch steroïd profiel. In twee gevallen was er een atypische bevinding voor hCG en in een geval werd een atypische bevinding voor boldenon gerapporteerd.
De Dopingautoriteit heeft in 2013 in nagenoeg al deze gevallen de isotopenratio massaspectrometrie analyse (IRMS) geïnitieerd en/of aanvullende dopingcontroles uitgevoerd. In geen van de 64 gevallen toonde het vervolgonderzoek aan dat het atypische resultaat door exogene factoren veroorzaakt werd. Deze resultaten werden door de Dopingautoriteit als niet belastend afgegeven.

Dossiers die gesloten werden i.v.m. verstrekte medische dispensatie

In drie gevallen bleek dat voorafgaand aan de dopingcontrole reeds een medische dispensatie was verleend voor het therapeutische gebruik van de aangetroffen dopinggeduide stof. Deze dossiers konden gesloten worden en zijn derhalve niet aanhangig gemaakt bij de desbetreffende sportbond.
In drie gevallen is, voordat het bindende resultaat door de Dopingautoriteit aan de bond gemeld werd, door de GDS-commissie alsnog een medische dispensatie verleend voor het gebruik van de geconstateerde stof (de betreffende sporters waren niet opgenomen in de Nationale Testing Pool van de Dopingautoriteit). Deze dossiers konden derhalve alsnog gesloten worden en zijn eveneens niet aanhangig gemaakt bij de desbetreffende sportbond.
Vijf maal is er een stof aangetroffen die afhankelijk van de toedieningswijze reglementair is toegestaan of niet; alle keren was het gebruik in overeenstemming met een toegestane toedieningswijze en hadden de betrokken sporters het middel ook op het dopingcontroleformulier gezet. Ook deze resultaten zijn door de Dopingautoriteit als negatief afgegeven.

Tabel 5 Belastende analyseresultaten in 2013 onderbouwd door een medische dispensatie en/of door de Dopingautoriteit gesloten; stand van zaken bij het afsluiten van het jaarverslag
Sport bevinding/stof aantal afhandeling door sportorganisatie
Biljart metoprolol 1 achteraf medische dispensatie afgegeven (niet TP), dossier gesloten
Biljart methylfenidaat, metaboliet van methylfenidaat 1 achteraf medische dispensatie afgegeven (niet TP), dossier gesloten
Hockey (niet NL) metaboliet van budesonide 1 gebruik in overeenstemming met toegestane toedieningswijze, dossier gesloten
Judo Insuline 1 medische dispensatie aanwezig, dossier gesloten
Rugby methylfenidaat, metaboliet van methylfenidaat 1 achteraf medische dispensatie afgegeven (niet TP), dossier gesloten
Rugby (niet NL) budesonide, metaboliet van budesonide 1 gebruik in overeenstemming met toegestane toedieningswijze, dossier gesloten
Triathlon metaboliet van budesonide 1 gebruik in overeenstemming met toegestane toedieningswijze, dossier gesloten
Watersport methylfenidaat 1 medische dispensatie aanwezig, dossier gesloten
Wielrennen metaboliet van budesonide 1 gebruik in overeenstemming met toegestane toedieningswijze, dossier gesloten
Wielrennen bethametason 1 gebruik in overeenstemming met toegestane toedieningswijze, dossier gesloten
Zwemmen metaboliet van ritalin 1 medische dispensatie aanwezig, dossier gesloten
Totaal   11  

Indeling volgens WADA Prohibited list

Bij de stoffenindeling op groepsniveau conform de WADA Prohibited list 2013 werd in de voornoemde 89 afwijkende A-delen van urinemonsters in totaal 94 maal een stof, een verhoogde T/E waarde, danwel een atypisch steroïd profiel aangetroffen. Vijf urinemonsters bevatten (afbraakproducten van) twee dopinggeduide stoffen.
In 68 van de 94 gevallen waren er bevindingen in de categorie anabole middelen. Twaalf maal betrof het stimulantia en twee maal werd (een afbraakproduct van) cannabis aangetroffen. Dit is voor beide groepen stoffen een daling ten opzichte van 2012. De daling in de categorie cannabinoïden wordt hoogstwaarschijnlijk verklaard door het besluit van WADA om in de loop van 2013 de grenswaarde voor het afgeven van analytische bevindingen aangaande cannabis met een factor 10 te verhogen; van 15 ng/ml naar 150 ng/ml. De daling in de categorie stimulantia hangt mogelijk mede samen met het besluit van de Nederlandse overheid om de stof methylhexanamine te verbieden, en om producten waarin deze stof verwerkt is uit de schappen te halen.
Het percentage in de categorie anabole middelen steeg in 2013 met 36%. Deze toename wordt grotendeels veroorzaakt door een hoger aantal urinemonsters met een T/E ratio groter dan 4 of met een atypisch steroïd profiel.
In 2013 zijn geen bevinding gedaan in de categorie Bèta-2 agonisten, en is voor de eerste maal een bevinding in de categorie narcotica gedaan.

Tabel 6 Aangetroffen stoffen en initieel afwijkende bevindingen
  2012 2013
Anabole middelen
(T/E-ratio >4)
(Atypische steroïdprofiel)
(aangetroffen middelen)
50
(37)
(10)
(3)
68
(48)
(13)
(7)
Peptide hormonen, groeifactoren en verwante stoffen 0 3
Bèta-2-agonisten 0 0
Hormoon- en metabole modulatoren 2 1
Diuretica / maskerende middelen 4 1
Stimulantia 15 12
Narcotica 0 1
Cannabinoïden 8 2
Glucocorticosteroïden 3 5
Bètablokkers 0 1
Totaal 82 94

Aanhangig gemaakte zaken

De Dopingautoriteit heeft in 2013 15 zaken in acht verschillende sporten aanhangig gemaakt omdat deze mogelijk in strijd waren met de reglementen van de betreffende bond. Het betrof 14 maal een mannelijke sporter en eenmaal een vrouwelijke sporter. In deze 15 zaken waren de krachtsporten met zeven zaken veruit het meest vertegenwoordigd. In een van de 15 gevallen betrof het een resultaat van een (door de Dopingautoriteit) in Nederland uitgevoerde dopingcontrole bij een buitenlandse atleet onder internationale anti-dopingregelgeving. Het resultaatmanagement van deze controle is door de Dopingautoriteit aan de betreffende internationale federatie ter afhandeling overgedragen. Het aantal aangedragen zaken verricht op Nederlands grondgebied, door de Dopingautoriteit en vallend onder het nationale programma bedraagt 0,73% (14 zaken onder nationale anti-dopingregelgeving op 1.910 dopingcontroles ten behoeve van het nationale programma). Dit percentage ligt onder het geformuleerde streven voor 2013 van maximaal 1% positieve gevallen bij Nederlandse sporters.

Tabel 7 Voor tuchtrechtelijke afhandeling aangedragen belastende analyse resultaten en niet analytische bevindingen in 2013
Sport bevinding/stof aantal
Atletiek (niet NL) recombinant humaan erythropoëtine (rhEPO)* 1
Cricket MDMA, metaboliet van cocaïne 1
Handboogschieten hydrochloorthiazide, metaboliet van hydrochloorthiazide 1
IJshockey metaboliet van cannabis 1
IJshockey metaboliet van cocaïne, amfetamine 1
Krachtsport metaboliet van cocaïne 1
Krachtsport (worstelen) (poging tot) manipuleren 1
Krachtsport (bankdrukken) metaboliet van drostanolon, metaboliet van nandrolon of een prohormoon van nandrolon 1
Krachtsport (bankdrukken) metaboliet van stanozolol, metaboliet van cannabis 1
Krachtsport (worstelen, niet NL) metaboliet van nandrolon of een prohormoon van nandrolon 1
Krachtsport (gewichtheffen, niet NL) metaboliet van metandiënon 1
Krachtsport (powerliften) metaboliet van metandiënon, oxilofrine 1
Rugby (niet NL) MDMA 1
Schietsport oxycodon, metaboliet van oxycodon 1
Wielrennen methylhexanamine 1
Totaal   15

* Betreft een controle in Nederland onder internationale anti-dopingregels waarbij het resultaatmanagement door de internationale federatie is uitgevoerd